123456789012345678901212345678901234567890121234567890123456789012123456

1234567890123456789012345678901234567890123456789012345678901234567890123456789012345678123456789012345678901234567890123456789012345678901234567890123456789012345678901234567812345678901234567890123456789012345678901234567890123456789012345678901234567890123456781234

Isaak

Er is geen geschiedenis die de Heer Jezus zo goed weergeeft als de zoon als de geschiedenis van Isaak.

Typologie

Isaaks geboorte was niet naar het vlees (dat was die van Ismael), maar naar de belofte (Gal 4:23).

De eerste twee hoofdstukken van Matteus in het Nieuwe Testament komen overeen met Genesis in het Oude Testament. Er was slechts één persoon in het Oude Testament en één persoon in het Nieuwe Testament die niet naar het vlees geboren was. Niet alleen werd de Heer Jezus buiten het vlees om geboren, maar Hij was ook een eniggeboren zoon én Eén die geliefd was door de Vader, net als Isaak (Gen 22:2). Hij werd op het altaar gelegd en terugontvangen vanaf het altaar, als Degene die terugkwam uit de dood (Heb 11:19). Hij is de Zoon die God liefheeft, die gestorven is en weer opgestaan.

Daarna zond Zijn vader ook een dienaar naar Zijn eigen land en naar Zijn eigen familie, om een vrouw (bruid) voor Hem te vinden . Zij die de bijbel zorgvuldig bestuderen weten dat het de Heilige Geest is die de gemeente voor Christus uitzoekt. De gemeente, die naar Gods wil is, werd door God verwekt en behoort tot hetzelfde huishouden als de Heer Jezus. Isaak en Rebekka behoorden ook tot hetzelfde huishouden. Gods kinderen, de gemeente, de bruid, werden op dezelfde manier door God verwekt als de Heer Jezus.

Abraham had Kanaän verlaten om naar Egypte te gaan, terwijl Jakob zijn laatste jaren in Egypte door bracht. Maar Isaak werd in Kanaän geboren en stierf ook in Kanaän; hij heeft Kanaän nooit verlaten. Dit is de zoon die in Kanaän is geboren, die in Kanaän opgroeide, en die in Kanaän is gestorven. De Zoon is Degene die ‘uit de hemel nedergedaald is, de ‘Zoon des Mensen’ (Joh 3:13). Hij is ‘de eniggeboren Zoon die aan de boezem van de Vader is’ (Joh 1:18). Toen Hij op aarde was, bracht Hij de Vader tot uitdrukking, terwijl Hij de boezem van de Vader nooit heeft verlaten.

Volgens de typologie is Isaak het beste beeld van de Zoon.

De les voor ons

Wat voor soort ervaringen had Isaak? We zouden kunnen zeggen dat zijn ervaringen heel gewoon waren. In tegestelling tot Abraham die dingen deed die nog nooit eerder gedaan waren, deed Isaak alleen datgene wat anderen al hadden volbracht. Abraham was werkelijk de vader, terwijl Isaak werkelijk de zoon was.

In Genesis 21 spotte Ismael op de dag dat Isaak gespeend werd, maar verder is er geen enkel verslag over hetgeen Isaak deed, toen hij nog jong was.

Toen Abraham het hout voor het brandoffer op hem legde, zei hij geen woord. Toen Abraham hem vastbond en op het altaar op het hout legde, zei hij ook niets. Hij ging daarheen waar zijn vader hem wilde hebben, en zei niets. Op dat ene kritieke moment zei hij slechts: “Waar is het lam ten brandoffer?” (Gen 22:7).

In Genesis 23 stierf zijn moeder, en in hoofdstuk 24 vond zijn vader een vrouw voor hem. Hij nam zelf gene beslissingen en deed verder niets voor zichzelf. Hij had niets van zichzelf.

Toen hij zestig jaar oud was, kreeg hij twee zonen. Dit was echter niets bijzonders, omdat Abraham ook twee zonen had. God beval Abraham de eerste zoon uit te stoten en de tweede zoon op het altaar te leggen, maar Hij gebood Isaak niet om hetzelfde te doen. Hoewel God Jakob liefhad en Esau haatte (Mal 1:2-3), vroeg Hij niet aan Isaak om ook maar iets te doen.

Abraham heeft een hongersnood in Kanaän meegemaakt en Isaak ook (Gen 12:10; Gen 26:1). Toen de hongersnood kwam is Abraham naar Egypte gegaan. Terwijl hij daar was vertelde hij aan anderen dat zijn vrouw zijn zuster was. Uiteindelijk werd hij door farao berispt (Gen 12:18-19). Hoewel Isaak niet naar Egypte ging toen er hongersnood was, ging hij echter wel naar Gerar. Ook zei hij dat zijn vrouw zijn zuster was. Uiteindelijk werd hij berispt door Abimelech (Gen 26:9-10).

Later heeft Isaak nog een aantal putten gegraven, maar de putten die hij groef, waren dezelfde die zijn vader had gegraven toen hij nog leefde. Na de dood van zijn vader hadden de Filistijnen de waterputten dichtgestopt, en had Isaak ze vervolgens weer opengemaakt. Hij noemde ze met dezelfde namen waarmee zijn vader ze genoemd had (Gen 26:18).

Nadat hij was gestorven, werd hij begraven in het graf van zijn vader. Zelfs zijn graf was klaargemaakt door zijn vader (Gen 49:30-31).

Naar menselijke gedachten is de geschiedenis van Isaak een teleurstelling, weinig interessant. Maar op basis van deze ervaringen moeten wij de les leren om Christus als de Zoon te kennen. Wat is de betekenis van de Zoon ?

Gen 24:36 En Sara, de vrouw van mijn heer, heeft mijn heer een zoon gebaard, nadat zij oud geworden was, en hij heeft hem gegeven alles wat hij bezit.

Het betekent dat ALLES wordt ontvangen en dat Hij nooit het initiatief neemt. Gelijk de Zoon ook de zonen!

Isaak betekent dat we het niet zelf doen of iets voor onszelf zoeken. Isaak staat voor het genot van alle bezittingen van Abraham. Alles komt van de Vader: ‘Hij heeft hem gegeven alles wat hij bezit.’

Gen 25:5 Abraham nu gaf alles wat hij had aan Isaak

Isaak ontving, hij verkreeg niets door zijn eigen inspanning. Zijn voorspoed had niets met hemzelf te maken; het kwam van God. De bijbel laat ons zien dat het kenmerk van Isaak was, om alles te erven.

Gen 26:2-5 Toen verscheen hem de Here en zeide: Trek niet naar Egypte, woon in het land, dat Ik u zeggen zal, 3 vertoef in dit land als een vreemdeling, dan zal Ik met u zijn en u zegenen, want u en uw nageslacht zal Ik al die landen geven, en Ik zal de eed gestand doen, die Ik uw vader Abraham gezworen heb. 4 En Ik zal uw nageslacht vermenigvuldigen als de sterren des hemels, en Ik zal uw nageslacht al die landen geven, en met uw nageslacht zullen alle volken der aarde gezegend worden, 5 omdat Abraham naar Mij geluisterd en mijn dienst in acht genomen heeft: mijn geboden, mijn inzettingen en mijn wetten.

God zegende Isaak niet vawege hemzelf, maar vanwege zijn vader Abraham. God had Zijn belofte aan Abraham gegeven, nu zegende Hij Isaak als bevestiging van dat verbond.

We zien in Isaak het karakter van de Zoon van God terug. Isaak zocht geen eer voor zichzelf, hij had geen ambitie om een naam voor zichzelf te maken, zoals over Christus geschreven is dat Hij in alles alleen de wil van de Vader zocht.

Gelijk de Zoon, zo ook de zonen! Dit is ten voorbeeld neergelegd in het Oude Testament voor Gods volk in het Nieuw Testament. Wie wil erven met Isaak, moet tot rust zijn gekomen van zijn eigen werken. Alles wat de zonen beerven is verdiend door de Zoon. De zonen worden verwekt en komen tot volwassenheid in de Zoon, in zich dragend het beeld van de Zoon, die het beeld van de Vader is.

In Abraham zien we Gods doel, in Isaak Gods kracht. In Abraham zien de standaard die God van Zijn volk eist. In Isaak zien we het leven, dat Gods volk in staat stelt die standaard te halen. Veel christenen hebben één fundamenteel probleem: zij zien alleen Gods doel, maar niet Zijn voorzieningen. Zij zien Gods standaard, maar niet Zijn leven. Zij zien Gods eisen, maar niet de kracht die aan deze eisen kan voldoen. Daarom moeten we zowel Abraham als Isaak bestuderen.